Waar ben je naar op zoek?

Hoe je bestuur succesvol verjongen? Student Paulien Dewit zocht het uit

dinsdag 15 dec. 2020
Eline Van de Voorde
OPENDOEK magazine 2020 Paulien De Wit HR Anneleen van Kuyck 2
© Anneleen van Kuyck

Als student cultuurmanagement aan de Universiteit Antwerpen kreeg Paulien Dewit een lijst met stages en thesisonderwerpen voorgeschoteld om uit te kiezen. In die lijst: een onderzoeksvoorstel van OPENDOEK dat ze niet kon laten liggen. Zo verdiepte Dewit zich in de verjonging van besturen uit het liefhebberstoneel, op zoek naar de valkuilen en succesfactoren. Voor haar was het geen onbekend terrein, aangezien ze zelf toneel speelt in een vereniging.

Liefhebbers denken vaak: eens in het bestuur, altijd in het bestuur

Waarom moest dit onderwerp onderzocht worden? Wat loopt er mis met de verjonging?

“Een gegeven dat vaak terugkeert in mijn onderzoek, is dat jonge groepsleden zich niet gehoord voelen. Ze hebben geen aanspreekpunt bij bestuursleden, omdat ze van een andere leeftijd zijn. Anderzijds zie je dat oudere bestuurders schrik hebben dat hun vereniging wordt opgedoekt als ze niet vernieuwen. Dat is een reële vrees. Er zijn echt wel verenigingen die verdwijnen omdat er geen nieuw bestuur is.”

“Over het idee van verjonging doen ook een aantal misverstanden de ronde. Bij de oudere generatie leeft het idee dat jongeren zich niet willen engageren, geen tijd kunnen vrijmaken, niet matuur genoeg zijn, de verantwoordelijkheid niet aankunnen. De jongere generatie denkt dat de oudere generatie hen geen ruimte wil geven. Het is een mismatch van ideeën. De jongeren gaan soms veel te snel en de ouderen denken dat die jongeren het niet kunnen, maar geven hen vaak de kans niet om zich te bewijzen.”

“Nochtans zien we dat, waar de verjonging slaagde, de nieuwe generatie tot veel in staat is, mits een luisterend oor of een helpende hand. Heel veel jonge mensen zitten in jeugdbewegingen waar ze wel een leidende functie opnemen of in een bestuur zitten. Zo’n engagement is misschien niet gelinkt aan amateurtheater, maar de bestuurstaken zijn wel gelijkaardig aan die van een toneelvereniging. Dat wordt vaak miskend. En zo belanden we in een vicieuze cirkel. Als de beide groepen meer met elkaar praten, is er al veel opgelost.”

Paulien De Wit HR Anneleen van Kuyck 6

Waarom blijven mensen zo lang in het bestuur van een toneelvereniging?

“In het amateurtheater wordt te vaak gedacht: eens in het bestuur, altijd in het bestuur. Aan mandaten doen de meesten niet. Soms staat er in de statuten weleens dat het bestuur zichzelf elke vijf jaar moet vernieuwen, maar in de praktijk gebeurt dat te weinig. Ik begrijp dat ook wel. Bestuursleden behartigen hun gezelschap met liefde en willen dat dan ook graag blijven doen. Voor hen zou het een belediging zijn als je na een jaar weer uit het bestuur stapt, hoewel dat vanuit zakelijk oogpunt perfect normaal is.”

“Op zich moeten verenigingen niet noodzakelijk elke drie of vijf jaar van bestuur veranderen, maar sommige hebben er echt te lang mee gewacht. Daar worden ze nu mee geconfronteerd, want in een bestuur van vijftigers, zestigers, zeventigers, soms ook tachtigers, is het moeilijk om twintigers binnen te brengen. Een goede mix van generaties maakt het makkelijker voor jongeren om erin te stappen. Zo vinden ze sneller een aanspreekpunt. Heel wat verenigingen zijn nu te laat. Ze lopen vast en vinden geen jongeren meer.”

Wat is dan de kern van de oplossing?

“Elke vereniging heeft natuurlijk zijn eigen verhaal, maar als je het globale plaatje bekijkt, komt het er vooral op aan om elkaar te vertrouwen en goed te communiceren. Dat lost de grootste problemen al op. Belangrijk daarbij is om de zaken niet te bruusk aan te pakken, en de tijd te nemen om de vernieuwing in alle rust te installeren. Tenzij je vereniging een snelle verandering aankan. Iemand zei me: ‘Verjonging moet geen revolutie zijn, maar een evolutie.’ Zowel voor je publiek als je leden is er tijd nodig om te wennen.”

Kun je de besturen in het amateurtheater vergelijken met die bij professionele organisaties?

“In het amateurtheater maken de bestuursleden bijna altijd zelf deel uit van hun gezelschap, vooral als vrijwilligers achter de schermen, maar ook als acteurs. Vaak nemen ze alle taken op zich, zowel de praktische, financiële als artistieke kant ervan. Ze vinden het moeilijk om externen toe te laten. Bestuursleden blijven de eindverantwoordelijken, de laatste goedkeuring ligt bij hen.”

“Die neiging om alles dichtbij te houden is natuurlijk begrijpelijk: amateurs doen alles met hun hart, voor de meeste bestuursleden is de vereniging hun kindje. Toch kun je je afvragen of die aanpak volgens de regels van goed bestuur is. Zo zie je dat sommige verenigingen de artistieke leiding stilaan uit handen geven. Ze beseffen dat ze vaak in dezelfde potten roeren – een kritiek die ook bij jongere leden terugkomt, die graag out-of-the-box denken en alternatieve ideeën uitproberen. Die besturen installeren dan een artistieke cel, een leesclub, of geven een regisseur carte blanche. Soms levert het mooie resultaten op als je het artistieke van het zakelijke scheidt."

Meer nieuws

Peter Van den Begin in De Twaalf C Thomas Nolf VRT

Peter Van den Begin: “Ik heb meer in mijn mars dan de komiek of de slechterik”

OPENDOEK magazine 19.03.2024
Lees meer
Hannah Arendt c Niggl Radloff

'Het Pleidooi' - De magie van het begin: kijk naar theater zoals Hannah Arendt

OPENDOEK magazine 19.03.2024
Lees meer
Simon D Huyvetter en Alice Juliens c Jonas Janzegers

'De Muze' - Twee regisseurs over hun kijk op een creatieproces

OPENDOEK magazine 19.03.2024
Lees meer

Ontvang alle info en updates over de theaterwereld via onze nieuwsbrief!